Nederlandse huizenprijzen stijgen met 20,4%; Sterkste stijging in 40 jaar

In december lieten de huizenprijzen in Nederland de grootste stijging in ruim 40 jaar zien. De prijzen stegen met meer dan een vijfde – in ieder geval de sterkste stijging sinds het CBS deze cijfers in 1995 begon bij te houden. Het is moeilijker te vergelijken met oudere gegevens, maar volgens CBS-econoom Pieter Hein van Mullingen is de laatste keer dat woningen zo veel duurder werd was eind jaren 70.

Bestaande koopwoningen zijn afgelopen maand voor gemiddeld 400.000 euro verkocht. Dat is 20,4 procent meer dan een jaar eerder en een record op basis van de huidige cijferreeks. Voor een vergelijking die verder gaat dan 1995 moet je afgaan op oude gegevens die alleen per kwartaal werden geregistreerd. De laatste keer dat de prijzen in een kwartaal met meer dan 20,4 procent stegen, was in 1977.

De huizenprijzen stegen in de jaren zeventig sterk doordat de overheid het eigenwoningbezit probeerde te stimuleren. Volgens deskundigen heeft de huidige waanzin op de woningmarkt ook te maken met gemakkelijke financiering. De hypotheekrente is al lange tijd erg laag. Daarnaast profiteren huizenkopers nog steeds van fiscale voordelen zoals de hypotheekrenteaftrek.

Ook het feit dat het aanbod van te koop staande woningen flink is geslonken, speelt een belangrijke rol. Hierdoor bieden woningzoekenden tegen elkaar op en wordt het steeds moeilijker om een ​​ander huis te vinden. Dat blijkt ook uit de cijfers over het aantal verhuizingen, aldus het CBS. In december wisselden slechts 20.559 woningen van eigenaar, bijna 22 procent minder dan in dezelfde maand van 2020.

Van Mulligen denkt dat de huizenprijzen binnenkort nog harder kunnen stijgen. Makelaarsvereniging NVM kwam onlangs met nieuwe kwartaalcijfers, waaruit bleek dat prijsstijging van 20,7 procent. Deze cijfers zijn gebaseerd op het moment van ondertekening van het koopcontract van een woning. Het CBS verwerkt de transacties pas nadat notarissen ze hebben aangemeld bij het Kadaster. Dat gebeurt altijd wat later. Van Mulligen wees er ook op dat NVM-makelaars een groot deel, maar niet de gehele woningmarkt in handen hebben.