Ondanks de scherpe daling van de brandstofprijzen bleef de inflatie op jaarbasis in Nederland in september op 3,5% staan, een van de hoogste cijfers in de eurozone.
De prijzen in Nederland zijn in september met 3,5% gestegen ten opzichte van het jaar ervoor, zo blijkt uit definitieve cijfers van het CBS.
Het tempo van de prijsstijgingen lag echter iets lager dan in augustus, toen de inflatie op jaarbasis 3,6% bereikte. Bij een maandelijkse vergelijking daalden de prijzen in september met 0,5%, de eerste daling op maandbasis sinds november 2023.
Een van de belangrijkste redenen voor een deel van de prijsdaling waren de lagere kosten van motorbrandstof, waarbij de prijzen in september met 11,3% daalden in vergelijking met het voorgaande jaar, wat resulteerde in lagere transportkosten (-1,6%).
Ondertussen stegen de prijzen van voedingsmiddelen en niet-alcoholische dranken tot 2,2%, en werden kleding en schoenen 1,8% duurder dan een jaar eerder. Het inflatiecijfer voor woningen en nutsvoorzieningen (4,2%) bleef onveranderd.
Ondertussen steeg de geharmoniseerde consumentenprijsindex, een cijfer om de inflatie met die van andere EU-lidstaten te vergelijken, met 3,3% op jaarbasis, onveranderd ten opzichte van augustus 2024.
Dit is het op één na hoogste inflatiecijfer in de eurozone, waarbij het gemiddelde inflatiecijfer daalde van 2,2% in augustus naar 1,8% in september. Het rapport van het Centraal Bureau voor de Statistiek stelde dat “de inflatie in Nederland hoger is dan in het eurogebied als gevolg van de ontwikkelingen in de prijzen van diensten en tabaksproducten.”
Uit afzonderlijk vrijgegeven gegevens blijkt dat de consumptie van huishoudens in Nederland in augustus 2024 met 0,7% op jaarbasis is gestegen, na een stijging van 0,8% in de voorgaande maand. De uitgaven aan onder meer huishoudelijke goederen en diensten stegen, maar daalden aan voeding, dranken en tabak.