Nederland: De economie komt in het vierde kwartaal uit een korte recessie
Na een kortstondige inzinking herstelde de economische bedrijvigheid zich en groeide in het vierde kwartaal met 0,3% op kwartaalbasis gecorrigeerd voor seizoensinvloeden, hoger dan de krimp van 0,3% die in het derde kwartaal werd opgetekend. De cijfers over het vierde kwartaal vertegenwoordigen het beste resultaat sinds het vierde kwartaal van 2022. Op jaarbasis daalde de economische activiteit in het vierde kwartaal met 0,5%, na een daling van 0,8% in de voorgaande periode. Over het geheel genomen registreerde de economie in 2023 een oppervlakkige groei van 0,1%, een aanzienlijke vertraging ten opzichte van het groeitempo van 4,3% het jaar daarvoor.
Deze verbetering weerspiegelt de verbetering van de particuliere consumptie en export vergeleken met de voorgaande periode.
In eigen land herstelden de bestedingen van huishoudens zich en groeiden met 1,8% op kwartaalbasis in het vierde kwartaal, gecorrigeerd voor seizoensinvloeden, wat de beste cijfers sinds het derde kwartaal van 2021 vertegenwoordigen (Q3: -0,3% op kwartaalbasis). Bovendien zijn de investeringen in vaste activa in het vierde kwartaal met 2,1% langzamer gekrompen, vergeleken met een krimp van 2,5% in het voorgaande kwartaal. Minder positief is dat de groei van de overheidsuitgaven de traagste was sinds het derde kwartaal van 2023, en daalde tot 0,4% (Q3: +1,0% op kwartaalbasis).
Extern herstelde de uitvoer van goederen en diensten zich en steeg in het vierde kwartaal met een voor seizoensinvloeden gecorrigeerde 0,3% k/q, wat de beste cijfers vertegenwoordigde sinds het vierde kwartaal van 2022 (Kw3: -2,0% k/q). Ondertussen steeg de import van goederen en diensten in het vierde kwartaal met 0,3% (Q3: -2,7% op kwartaalbasis).
Verwacht wordt dat de economie in 2024 opnieuw een schuchtere groei zal laten zien, omdat de particuliere bestedingen zwak blijven en de groei van de overheidsconsumptie en de investeringscontracten vertraagt. Aan de andere kant zou een langzaam herstel van de externe vraag leiden tot een aanhoudende daling van de export.
Marcel Klok, een ING-analist, reageerde op de voorspelling:
“Als gevolg van herzieningen in voorgaande kwartalen en overgedragen statistische effecten lijkt de Nederlandse economie af te stevenen op een groei van ongeveer 1% in 2024. Dit ligt nog steeds onder het groeipotentieel op de lange termijn, hoewel de investeringen een grote rem zullen blijven De drijvende kracht achter de groei zal de consumptie zijn. Het omvat de overheidsconsumptie, ook al is er na de parlementsverkiezingen in november 2023 nog geen nieuwe regering gevormd, omdat de vergrijzing en de beleidstrajecten die door de vorige regering zijn geïnitieerd, er nog steeds voor zorgen dat de uitgaven stijgen.
EIU-analisten zeiden:
“Een zwak herstel is waarschijnlijk in 2024. Het monetaire beleid, zowel in de eurozone als in andere grote economieën, zal in de tweede helft van het jaar beginnen te versoepelen, wat een langzaam herstel van de kredietgroei zal ondersteunen (wat gevolgen heeft voor de bestedingen van huishoudens en bedrijven). (investeringen) De verwachting is echter dat de externe vraag zwak zal blijven, wat betekent dat er geen steun zal zijn van de export en dat begrotingsconsolidatie waarschijnlijk de groei van de overheidsconsumptie zal vertragen.