Den Haag, Nederland (AB) – Een Nederlandse rechtbank heeft woensdag geoordeeld dat de grenspolitie ras mag gebruiken als criterium bij het selecteren van mensen om te controleren in het grensgebied, wat juridische activisten ertoe bracht onmiddellijk in beroep te gaan.
De beslissing kwam in een zaak die tegen de regering was aangespannen door twee burgers met steun van de rechtencommissie, die beweerden dat ze vanwege hun huidskleur voor controles door marechaussee-politieagenten in het land waren geïsoleerd.
In de rechtbank van de aanklager werd een van de eisers, Embanzu Pamenga, een in Congo geboren vijfdeklasser, geselecteerd voor een cheque toen hij terugkeerde op een vlucht van Rome naar Nederland. Ik heb de Nederlander niet gezien. “
“Elke keer als ik thuiskom in mijn land, Nederland, word ik gestopt vanwege mijn race”, vertelde Pamenga aan Associated Press.
“We hoopten dat de rechtbank vandaag in principe zou beslissen dat ras geen onderdeel kan zijn van een risicoprofiel, maar de rechtbank oordeelde anders, wat zeer teleurstellend is”, voegde hij eraan toe.
Hij zei dat hij vastbesloten was door te gaan totdat de zaak in behandeling was genomen.
“We hebben een enorme missie – het doel van gelijke rechten, het doel van gelijke kansen”, zei hij. “Het is geen sprint, … het is absoluut een marathon. We weten dat het een lange weg gaat worden, en we zijn klaar om ervoor te vechten, en we zullen het doen.
De rechtbank Den Haag oordeelde dat ras een criterium kan zijn om passagiers te isoleren, maar niet alleen dat. Er worden controles uitgevoerd op treinen en bussen die van luchthavens en EU-locaties komen om te voorkomen dat mensen illegaal in Nederland komen en verblijven.
“De rechtbank is niet tegen het verbod op discriminatie omdat de processen worden gevoerd door de Koninklijke Marokkaan”, zegt woordvoerster Jeanette Honing.
Advocaat Jelle Glass noemde de beslissing een ‘gemiste kans’, die ‘de deur opent naar raciale profilering’.
Het ministerie van Defensie, dat de leiding heeft over de grenspolitie, reageerde niet onmiddellijk op de oproep voor commentaar.
De zaak speelt zich af tegen de achtergrond van een breed debat over ras, ongelijkheid en discriminatie in Nederland.
Toen de Black Lives Matter-beweging zich vorig jaar over de wereld verspreidde, erkende premier Mark Rutte dat rassenongelijkheid niet het enige probleem was in de Verenigde Staten.
“Er zijn mensen in Nederland die denken dat ze niet volledig compatibel zijn met die categorie en geen volwaardige rol kunnen spelen in deze samenleving”, zei hij. “Ook dat is een Nederlands probleem. Ook hier is sprake van racisme. Ook hier is sprake van discriminatie.”
De bij de zaak betrokken directeur van Amnesty’s Nederlandse afdeling, Tucker Outsour, zei woensdag dat het besluit “niet alleen de internationale mensenrechtenwetgeving uit het raam zou gooien, maar ook in strijd zou zijn met artikel 1 van de Nederlandse grondwet”.
Het eerste artikel van de grondwet stelt dat discriminatie “op basis van religie, geloofsovertuiging, politieke overtuiging, ras of geslacht of enige andere basis” illegaal is.
‘Webgeek. Wannabe-denker. Lezer. Freelance reisevangelist. Liefhebber van popcultuur. Gecertificeerde muziekwetenschapper.’